Metiso Dieren

Voedselallergie bij honden: wat gaat er eigenlijk mis?

Voedselallergie bij honden vs voedselallergie bij mensen

Hoe een voedselallergie bij honden ontstaat en wat de mechanismen zijn is voor wetenschappers nog niet helemaal duidelijk. Bij mensen worden de meeste voedselintoleranties veroorzaakt door een reactie op het antilichaam Immunoglobuline E. Dit is een eiwit dat wordt geproduceerd door immuuncellen wanneer deze een ander eiwit tegenkomen die herkend wordt als allergeen. Het is een beetje te vergelijken met hoe het immuun systeem reageert op bacteriën of virussen. De IgE hecht zich aan de allergenen en als dat contact zich lang genoeg herhaalt gaan bepaalde witte bloedcellen (mestcellen) stoffen afscheiden om de vermeende indringers te helpen bestrijden. Ze laten onder andere histamine vrij, wat vervolgens weer een typische ontstekingsreactie teweeg brengt in het lichaam. Zo’n reactie wordt een type I overgevoeligheid genoemd, een typische allergie die heel snel optreedt, denk bijvoorbeeld aan een notenallergie.

Voedselallergie bij honden, een typische allergie?

Een voedselallergie bij honden uit zich meestal in huidproblemen, deze kunnen heel erg lijken op de symptomen van atypische dermatitis, oftewel  constitutioneel eczeem. Dit type eczeem wordt bij honden vooral veroorzaakt door pollen, schimmelsporen, mijten of andere allergenen uit de omgeving. Bij honden met atypische dermatitis is het Immunoglobuline E gehalte vaak verhoogd, een teken dat het hier duidelijk om een type I allergie gaat.   Voedselallergie bij honden is echter nog niet zo uitgebreid onderzocht, en de mechanismen die de allergie veroorzaken blijken een stuk ingewikkelder. Er is bijvoorbeeld maar weinig bewijs dat IgE een belangrijke rol speelt bij honden met een voedsel ‘allergie’, wetenschappers konden in ieder geval niet nagaan welk eiwit een allergie veroorzaakte door te kijken naar de toename van IgE dat normaal aan deze eiwitten bindt in het bloed 1. Of het hier gaat om een allergie is dus onduidelijk, vooral omdat de symptomen van een allergie of intolerantie moeilijk van elkaar te onderscheiden zijn. Bij voedsel intolerantie is er geen sprake van een immuunrespons, maar een negatieve reactie op bepaalde chemische stoffen in het voer, met als gevolg huidproblemen en maag-darm problemen. We weten dus niet zeker of deze gevoeligheidsreactie bij honden een allergie, overgevoeligheid, immuunziekte of iets anders is. Voor het gemak gaan we in dit artikel uit van een allergie, maar onthoud dat dit eigenlijk dus nog een discussiepuntje is!

Een type IV overgevoeligheid

Een andere optie is dat het hier om een ander soort overgevoeligheidsreactie gaat, een type IV overgevoeligheid. Dit is een overgevoeligheid die het gevolg is van de reactie van T-cellen op een allergeen. Dit zijn afweercellen die zich ontwikkelen in de thymus, en vervolgens het lichaam beschermen tegen lichaamsvreemde  ‘indringers’ zoals bacteriën en virussen door verdachte cellen uit te schakelen. De belangrijkste T-cellen zijn de cytotoxische T-cel (killer T-cel) en de T-Helpercel. De killer T-cel doodt, zoals de naam doet vermoeden, cellen die geïnfecteerd lijken door virussen of bacteriën. De T-helpercellen zorgen ervoor dat bepaalde stoffen af worden gegeven (cytokinen) die het immuunsysteem helpen functioneren, zo stimuleren ze onder andere de killer cellen, en helpen ze bij het ontwikkelen van plasmacellen die antilichamen produceren (zoals het antilichaam IgE).

Hoe een T-Cel eruitziet? Zo dus (het blauwe bolletje).

De killer T-cellen zijn meestal niet betrokken bij overgevoeligheidsreacties, ze zijn vooral belangrijk voor het bestrijden van virussen of lichaamsvreemde cellen. T-Helpercellen zijn meer van belang, ze zorgen er bijvoorbeeld voor dat macrofagen geactiveerd worden, die vervolgens weer meer immuuncellen om zich heen verzamelen en lichaamsvreemde deeltjes ‘op eten’. Dit alles zorgt voor een ontstekingsreactie waarbij vaak eczeem optreedt.
Er begint steeds meer bewijs te komen dat het bij een voedselallergie bij honden vooral om een type IV gevoeligheidsreactie gaat. Onderzoekers uit Japan vonden bijvoorbeeld dat lymfocyten (o.a. T-Cellen) in het bloed van honden met een voedselallergie inderdaad reageerden op het specifieke allergeen waar de honden gevoelig voor waren. 2 Het ging hier om 11 honden met een allergie, waarbij de test bij 9 honden goed weergaf waar ze overgevoelig op reageerden. Bij een vervolgonderzoek met een ander onderzoeksteam uit Japan werden deze resultaten bevestigd. Deze wetenschappers onderzochten het bloed van 54 honden met eczeem symptomen waarbij ze een gevoeligheid voor allergenen zoals mijten, pollen en schimmels hadden uitgesloten. Omdat een voedselallergie een van de andere veroorzakers van een geïnfecteerde huid kan zijn, deden de onderzoekers een test om te kijken of lymfocyten in het bloed reageerden op veel voorkomende allergenen in voedsel. Dat bleek inderdaad het geval, 49 van de 54 honden hadden een positieve reactie van lymfocyten op minstens één voedsel allergeen.3
Het is dus goed mogelijk dat een voedselallergie bij honden wat gecompliceerder is dan een ‘simpele’ hooikoorts, bijvoorbeeld. Het is goed mogelijk dat het gaat om een combinatie van een type I reactie, waarbij antilichamen direct reageren, en een type IV reactie, die een wat langzamer verloop heeft. Aangezien er nog veel onbekend is, is het natuurlijk ook mogelijk dat er nog meer, of andere immuunmechanismen aan het werk zijn.

Vooral huidproblemen

Een allergie voor voedsel leidt bij honden vooral tot huidproblemen die op eczeem lijken te leiden, bij maar 10-15 % van de honden komen ook darmproblemen voor.4 Voor wetenschappers is dit een mysterie, aangezien het voedsel met daarin alle allergenen natuurlijk vooral in de darmen opgenomen wordt, zou je juist daar reacties met als gevolg bijvoorbeeld buikpijn en diarree verwachten. Eveline Veenhof van de Universiteit Utrecht heeft hier uitgebreid onderzoek naar gedaan, ze schreef er haar proefschrift over.5 Om uit te vinden of er überhaupt een reactie in de darmen was keek ze eerst naar de activatie van T-Cellen in de dunne darm van de hond. Ze vond daarbij dat er dezelfde activiteit was bij honden met symptomen van een allergie en honden zonder symptomen, bovendien had een eliminatie dieet geen enkele invloed op de hoeveelheid en het type T-Cellen in de dunne darm. Als er een allergische reactie is, vindt het dus meestal niet plaats in de darmen van de hond.

Verminderde beschermingsfunctie van de huid?

Omdat de symptomen van een voedsel allergie bij honden zoveel lijken op die van constitutioneel eczeem, vergeleek ze ook de T-Cel profielen van honden met ‘gewoon’ eczeem en honden met eczeem verschijnselen door een voedselallergie. Hier vond ze duidelijke verschillen, honden met een gewone allergie overheersten bijvoorbeeld de T-Helpercellen, terwijl de Killer-T Cellen overheersten bij honden met een voedselallergie. Het lijkt erop dat auto-immuun

Bij atopische dermatitis (constitutioneel eczeem) is al vast gesteld dat een verminderde barrièrefunctie van de huid een belangrijke rol speelt. Dit zou ook het geval kunnen zijn bij huidirritatie als gevolg van een voedselallergie.

cellen in de huid die het afweer systeem zouden moeten onderdrukken niet goed meer werken bij honden met een voedsel allergie, wat het meer op een auto-immuun ziekte doet lijken dan een allergie. 6 Verder vond ze dat het afweersysteem van de huid dezelfde activiteit vertoonde na het eliminatie dieet, wanneer alle symptomen van huidirritatie verdwenen zijn. Het auto-immuun systeem van deze honden lijkt dus blijvend overactief te zijn.
Volgens Veenhof is het goed mogelijk dat het probleem wordt veroorzaakt door een verminderde afweer functie van de huid, de buitenste laag van de huid heeft dan een verhoogde doorlaatbaarheid waardoor allergenen makkelijk via de huid binnen kunnen komen. Aangezien een deel van het voedsel ook in aanraking komt met de snuit, de lippen en het mondslijmvlies zou de hond de allergenen in theorie kunnen verspreiden over het lichaam door middel van likken.

Waarom deze ingewikkelde informatie belangrijk is

Misschien vond je het een moeilijk artikel, maar om een snellere en betere diagnose te kunnen stellen is het belangrijk om het ziektebeeld te begrijpen. De diagnose van een type I allergie is veel makkelijker te stellen dan die van een auto-immuun ziekte of voedselintolerantie. Op het moment is het uitsluiten van andere oorzaken en een eliminatie dieet de enige mogelijkheid om een voedselallergie bij de hond vast te stellen. Omdat het erop lijkt dat honden voor meerdere eiwitten allergisch kunnen zijn kan dit een ingewikkeld en langdurig proces zijn. Ook sommige plantaardige allergenen zoals rijst kunnen voor een allergische reactie zorgen, en dit is juist een bestanddeel dat vaak gebruikt wordt bij eliminatie dieeten. Als we de mechanismen achter een voedselallergie van de hond begrijpen, kunnen dierenartsen ook een betere diagnose techniek toe gaan passen die minder lang duurt dan een eliminatie dieet.

Een hond met de typische symptomen van een allergie, een rode en geirriteerde huid, vooral op de buik, in de liezen, op de poten en op het hoofd. De symptomen van een gewone allergie voor allergenen uit de omgeving (pollen, mijten, etc) lijken op die van een voedsel allergie.

Gelukkig zijn we nog niet klaar over dit onderwerp, in deel 2 zal je de symptomen en statistieken van deze ‘allergie’ kunnen lezen, en in deel 3 zullen we aandacht besteden aan de diagnose en behandeling.

Opmerking: Inhoud kan worden bewerkt voor stijl en lengte. 

Journal Referenties: 

  1. Hardy JI, Hendricks A, Loeffler A, et al. Food-specific serum IgE and IgG reactivity in dogs with and without skin disease: Lack of correlation between laboratories. Vet Dermatol. 2014;25(5):447-e70. doi:10.1111/vde.12137.
  2. Ishida R, Masuda K, Kurata K, Ohno K, Tsujimoto H. Lymphocyte blastogenic responses to inciting food allergens in dogs with food hypersensitivity. J Vet Intern Med. 2009;18(1):25-30. doi:10.1892/0891-6640(2004)18<25:LBRTIF>2.0.CO;2.
  3. SUTO A, SUTO Y, ONOHARA N, et al. Food allergens inducing a lymphocyte-mediated immunological reaction in canine atopic-like dermatitis. J Vet Med Sci. 2015;77(2):251-254. doi:10.1292/jvms.14-0406.
  4. Day MJ. The canine model of dietary hypersensitivity. Proc Nutr Soc. 2005;64(4):458-464. doi:10.1079/PNS2005455.
  5. Veenhof EZ, Knol EF, Willemse T, Rutten VPMG. Immune responses in dogs with cutaneous adverse food reactions. Vet Q. 2012;32(2):87-98. doi:10.1080/01652176.2012.713170.
  6. Veenhof EZ, Knol EF, Schlotter YM, Vernooij JC, Rutten VP, Willemse T. Characterisation of T cell phenotypes, cytokines and transcription factors in the skin of dogs with cutaneous adverse food reactions. Vet J. 2011;187(3):320-324. doi:10.1016/j.tvjl.2010.02.005.